Van een HR-manager mag worden verwacht dat zij weet hoe om te gaan met vertrouwelijke informatie. Dus wanneer een HRM’er besluit een e-mailwisseling zonder toestemming te delen met het managementteam, maakt zij zich schuldig aan ernstig verwijtbaar handelen.
De HR-manager maakt er geen geheim van dat ze het al langere tijd niet naar haar zin heeft bij de kinderopvangorganisatie waarvoor zij sinds 2004 werkt. In 2015 laat zij de directeur in een gesprek weten alleen nog maar voor het geld in haar baan te blijven. Een jaar later maakt zij haar misnoegen over haar baan in een email zo duidelijk dat de directeur dit opvat als een opzegging. Een daarop volgend gesprek maakt dat de lucht genoeg wordt geklaard om voortzetting van de arbeidsrelatie mogelijk te maken.
In 2017 barst de bom als de directeur besluit om – tegen het advies van de HR-manager in – de manager Planning & Control een contract voor onbepaalde tijd aan te bieden. De HR-manager wil weten wat de overige MT-leden hiervan vinden en stuurt de volledige e-mailwisseling tussen haarzelf en de directeur over deze kwestie naar hen door. Dit doet zij zonder dat de directeur dit weet, laat staan dat hij daar toestemming voor heeft gegeven.
Vertrouwelijke mail
De stap valt niet goed bij de directeur en de overige leden van het MT. In een vergadering wordt het de HR-manager duidelijk gemaakt dat haar handelswijze onacceptabel is. Het vertrouwen in de directeur wordt op deze manier ondermijnd en haar positie geschaad. Bovendien creëert het een buitengewoon onveilige cultuur wanneer collega’s niet meer in vertrouwen met elkaar kunnen mailen. Het MT spreekt af dat vertrouwelijke mail niet wordt doorgestuurd.
In maart 2018 vindt er een coachingssessie plaats waarin alle MT-leden elkaar feedback geven over hoe zij hun werkrelatie ervaren. De feedback die zij van haar collega-MT-leden krijgt, zet de HR-manager aan het denken. Een dag later stuurt ze een mail naar haar directeur waarin ze aangeeft open te staan voor een aanbod dat het mogelijk maakt ontslag te accepteren.
Praten over afscheid
De directeur antwoordt dat de organisatie zeer tevreden is over de inhoudelijke wijze waarop de HR-manager haar functie vervult. Het zijn de betrekkingen met haar collega’s die het probleem vormen. Het ontbreekt de HR-manager volgens de directeur aan voldoende zelfreflectie. Maar de directeur is optimistisch over de mogelijkheden voor een goede samenwerking. “Je moet dan echter wel openstaan voor substantiële verbetering, bijvoorbeeld door intensieve communicatietraining en substantiële ontwikkeling van sociale vaardigheden”, aldus de directeur. Mocht de HR-manager echter al besloten hebben om te vertrekken, dan is de directeur bereid te praten over een afscheid.
De HR-manager is naar eigen zeggen volledig ondersteboven van deze mail. Ondanks het feit dat ze een jaar eerder is gewaarschuwd over het doorsturen van vertrouwelijke mail naar alle MT-leden, doet ze dat nu opnieuw. In een mail aan het MT citeert ze uitvoerig uit de mail van de directeur. Ze schrijft dat een goede samenwerking volgens haar onmogelijk is gemaakt.
Ernstig verwijtbaar handelen
De werkgever vindt dat de HR-manager zich hiermee schuldig maakt aan ernstig verwijtbaar handelen. Zij vraagt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden op grond van artikel 7:671b lid 1, onderdeel a, van het Burgerlijk Wetboek (BW), in verbinding met artikel 7:669 lid 3, onderdeel e/g/h BW. Met het willens en wetens versturen van de mail heeft de HR-manager een onomkeerbaar proces in werking gezet, betoogt de werkgever. En omdat het hier gaat om ernstig verwijtbaar handelen, heeft de HR-manager volgens de werkgever haar recht op een transitievergoeding en een opzegtermijn verspeeld.
De kantonrechter is het eens met de werkgever dat het voor de HR-manager volstrekt duidelijk was dat zij een één-op-één e-mailwisseling vertrouwelijk diende te behandelen. Ook wanneer de mail van de directeur schofferend zou zijn geweest, iets wat volgens de kantonrechter niet zo is, mocht de HR-manager dit niet aan iedereen doorsturen. Maar is dit ook ernstig verwijtbaar handelen?
Wetsgeschiedenis
In de wetsgeschiedenis worden voorbeelden genoemd van ernstig verwijtbaar handelen door de werknemer waardoor deze zijn of haar recht op een transitievergoeding verspeelt. Het doorsturen van vertrouwelijke mail staat daar niet bij. De kantonrechter oordeelt desondanks dat er sprake is van dusdanig bijzondere omstandigheden dat de HR-manager geen recht heeft op een transitievergoeding.
Door een vertrouwelijke e-mailwisseling door te sturen, ook al waren daarover in het MT duidelijke afspraken gemaakt, is de HR-manager het vertrouwen van de werkgever onwaardig geworden. De directeur toonde zich bereid in te gaan op het verzoek om met een voorstel te komen dat het voor de HR-manager mogelijk zou maken ontslag te accepteren. Zij had dus een alternatief voorhanden, maar heeft daarvan geen gebruik gemaakt. De werkgever had daardoor geen andere keuze dan om ontbinding van de arbeidsovereenkomst te verzoeken.
De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst per 1 november 2018 en veroordeelt de HR-manager tot het betalen van de proceskosten.
Rechtbank Oost-Brabant | ECLI:NL:RBOBR:2018:4470
Bron: PW.nieuwsbrief